Maak van de bloem, het zout, de kaneel, de met lauwe melk en gembernat aangemaakte gist, de gesmolten en afgekoelde boter en de eieren een gistdeeg. Laat het op een lauwwarme plaats ongeveer drie kwartier rijzen.
Werk nu de in stukjes geklopte kandijsuiker erdoor. Vorm het deeg tot een brood en doe het in een dik met boter besmeerde en met grove kristalsuiker bestrooide broodvorm. Laat het nog ongeveer een kwartiertje narijzen.
Bak het in een warme oven op 200°C in een half uur gaar en bruin. De bovenkant is dan geglaceerd door de gekaramelliseerdesuiker.
Rooster de sneetjes suikerbrood in een broodrooster.
Roer de poedersuiker en citroensap door de crème fraîche. Lepel op het suikerbrood en bestrooi met bosbessen. Tip: een lepeltje lemon curd door de crème fraîche!